Het gevoel schuld te hebben helpt niet mee in mijn behoefte iets voor anderen te betekenen. Dat is namelijk wat ik wil. Een betekenisvol leven hebben en niet alleen voor mijzelf. Ik wil er ook zijn voor anderen. Mijn bestaan moet zin hebben, ook voor anderen.
Nou maakt mijn grote lichamelijke afhankelijkheid het er niet eenvoudiger op om iets te kunnen geven. Ik moet overal bij worden geholpen. Opstaan, wassen, aankleden, eten, noem maar op. Zij die mij daarbij helpen, doen dat vol toewijding. Zonder nederig te zijn, probeer ik altijd mijn dankbaarheid te tonen. Dat is toch wel het minste dat ik kan doen.
Hoe? Door xe2x80x98dank je welxe2x80x99 te zeggen, bij voorkeur vriendelijk glimlachend. Opgewekt te zijn, opgeruimd en positief. Een luisterend oor te hebben. Begrip te hebben voor wat de ander bezighoudt. Dat lukt me trouwens lang niet alle dagen.
Maar wie kan eigenlijk xe2x80x98dank je welxe2x80x99 tegen mij zeggen? Wie is het die ik help, bijsta, tot steun ben? Voor wie overheerst in de ontmoeting met mij niet de zowel fysieke als mentale zorg, de last en zwaarheid van het bestaan?
Ik doe mijn naasten en vrienden tekort als ik zeg dat ik niks voor hen zou betekenen. Waarom zouden ze anders bij me blijven, dan wel me opzoeken? Niet alleen uit pixc3xabteit of medelijden, mag ik hopen. Toch overvalt mij vaak een schuldgevoel.
Mijn kinderen zouden hun moeder missen. Het is immers moeders eigen om zich te bekommeren om hun kroost, of je nou ziek en gehandicapt bent of niet. Tegelijkertijd echter heeft mijn ziekte hen op jonge leeftijd al dusdanig belast, dat ik mij ondanks hun emotionele groei en vroege volwassenheid schuldig voel.
Alleen bij een groep lezers ligt het anders. Zij zeggen betekenis te ontlenen aan mijn schrijverij en bedanken me daar zelfs voor. Wat ben ik daar toch blij mee!